Schermafbeelding 2021-01-15 om 12.12.23.png

70 / Back to  school

Padje weet niet wat Fred hem gegeven heeft, maar het werkt. Sinds hij een slok uit de metalen flacon door zijn keel gedwongen heeft gekregen, voelt hij zich volkomen ontspannen. De pijn in zijn been is verdwenen. Hij voelt geen paniek, stress of angst meer. Hij voelt zich, zoals hij er altijd aan de buitenkant uitziet: ultiem relaxed en dat is een probleem. Ze hebben kennelijk door dat hij zijn talent alleen kan gebruiken wanneer hij bang is. Adrenaline is de brandstof waar zijn gave op draait, maar die tank is nu volkomen leeg.

Volledig met ducttape ingesnoerd, zit hij achter in een bestelbusje dat in tomeloze vaart door de nacht raast. Door een klein rechthoekig ruitje, ziet hij de enorme schouder van Fred Flintstone die met doodsverachting door de verlaten straten jaagt. Hij rijdt zoals hij beweegt, met lompe hoekige bewegingen. Padje wordt als een zak aardappelen van links naar rechts geslingerd, alsof hij in een pretparkattractie zit. Het maakt hem alleen maar vrolijker,.

Het is bijna ochtend. De lucht boven de horizon begint al lichter te kleuren. Dat feit is al genoeg om hem opnieuw in lachen uit te laten barsten. Misschien heeft Fred wel zo’n haast omdat hij net als een vampier voor het opkomen van de zon in zijn grafkist moet liggen. Hahaha! Vooral natuurlijk omdat hij veel meer op het monster van Frankenstein lijkt. Ja, hij voelt zich prima en dat is een ramp. Dat wéét hij wel, maar hij vóelt het niet. 

Fred schuift het tussenraampje op een kier.
‘Zo vet weekdier.’
Haha, goeie, denkt Padje
‘Ik zal je straks afleveren bij mijn opdrachtgevers en geloof me, dan helpt zelfs dat drankje niet meer. Ik hoop dat ik mag toekijken wanneer ze je tot de grond toe afbreken.
Tjongejonge, denkt Padje, wat een taalgebruik zeg. Ik zal zijn moeder er eens op aanspreken. Áls ik ooit weer vrijkom natuurlijk. Hahahaha.
‘Ja ja, lach maar,’ gromt Fred. ‘Ik lach het laatst, dus het best.’ Met een harde ruk schuift hij het raampje weer dicht.

Langzaamaan begint Padje de straten te herkennen. Fred laat kort de claxon horen wanneer ze een colonne van drie vrachtwagens inhalen. Het wordt drie keer beantwoord. Ondertussen wordt het drukker. Onwaarschijnlijk druk voor een vroege zaterdagochtend. Het laatste stukje naar school moeten ze stapvoets rijden omdat er ruimte gemaakt moet worden. Ze passeren een hek dat hij nog nooit eerder heeft gezien en vanaf dat moment wordt de auto gevolgd door een felle schijnwerper.

Ze stoppen. De laaddeuren van het busje worden opengerukt. De enorme gestalte van Fred Flintstone pakt Padje op, alsof hij niet meer is dan een postpakketje en begint te lopen. De poortdeuren rond het lege schoolplein draaien geluidloos open. Fred versnelt zijn pas, negeert het kapotte ruitje in de deur, rukt hem met zoveel geweld open dat hij bijna uit zijn sponning loskomt en stapt met grote zware passen de onverlichte verlaten schoolgang in. Padje heeft een vermoeden waar hij naartoe gebracht zal worden. En ja hoor, na niet al te lang, arriveren ze bij het geschiedenislokaal. Natuurlijk, denkt hij. Kortst, wie anders. 

De schilderijen met gruwelscenes uit de oudheid en de ingelijste affiches uit de tweede wereldoorlog, trillen en schudden aan de muur. Hij wordt in een stoel gesmeten en daarna weer overeind gesjord. Het deert hem niet. Hij moet alleen nog maar harder lachen nu hij aan Kortst moet denken. Die kale kop waar de laatste haren van links naar rechts overheen gekamd zijn en dat donkerbruine pak dat om zijn bolle lijf gespannen staat, zijn legendarisch hilarisch.

Hij kijkt naar Fred die hem vastzet met een enorme hoeveelheid tie-wraps. Voor de eerste keer dat hij hem kent, ziet hij een glimlach op zijn gezicht. Een aardverschuiving die alles op zijn pad meesleurt. Het zou hem moeten verontrusten maar het doet het nog steeds niet. Als hij klaar is, staat Fred abrupt op, draait zich om en verlaat het lokaal zonder om te kijken.

Padje weet niet hoeveel tijd verstreken is voor hij achter zich iemand tussen de schooltafeltjes door naar voren hoort lopen. Hij draait zijn hoofd en ogen zo ver mogelijk om te kunnen zien wie het is, maar voor hem dat lukt, hoort hij een stem. Het is alleen niet de stem van Kortst.
Well, well, my young friend, this is a very unexpected encounter indeed. Especially on this untimely hour of the night. The stranger the company the merrier the gathering. A young Shakespeare might have said, but I’m not at all sure that this would apply to tonight, wouldn’t you agree?’
De stem begint ingehouden te lachen alsof hij een grap heeft verteld die alleen hij snapt. Dan pas weet Padje, dat hij erger in de problemen zit dan hij al had gedacht en begint hij van de weeromstuit onbedaarlijk hard te lachen. 

69 / Blubber

71 / Wolf