Schermafbeelding 2021-01-15 om 12.12.23.png

23 / Talent

‘Een vrouw?’ Mug kijkt me achterdochtig aan. Ik heb hem, Schaduw en Padje in de kantine verslag gedaan van mijn ontmoeting met de conrector, of liever, ik heb ze een samenvatting gegeven. Dat van de ijsbloemen en het bevroren glas water krijgen ze niet te horen. Het is al moeilijk genoeg zonder dat Mug me gelijk voor gek verklaart.
‘Ja, een vrouw. Ik spreek toch geen Latijn of zo.’
‘Kalm maar, kalm maar. Ik dacht dat het een man was, dat is alles. Dat denkt toch iedereen?’ mompelt hij defensief.
‘En ze houden alles in de gaten?’ vraagt Schaduw zachtjes. Ik knik.

Mug barst gelijk los. ‘Dat heb ik toch al het hele jaar gezegd. Het is een dictatuur hier. De CIA, MOSAD en KGB zijn er niets bij…’
Maar voor hij door kan gaan, valt Schaduw hem lachend in de rede.
‘Stil nou maar, je verslikt je zo nog.’
Ik kijk verbaasd toe. Schaduw lukt iets wat mij nog nooit is geluk: Mug houdt zijn mond. ‘Daan?’ moedigt ze me aan verder te gaan.
‘En dan zijn er nog die talenten.’ zeg ik voorzichtig.
‘Talenten?’
‘Ja, dat zei ze. Wij, maar niet alleen wij. Meer leerlingen, maar dan weer niet iedereen.’

Bij het uitspreken van het woord talent zie ik Schaduws gezicht betrekken. Ik hou even stil om haar de ruimte geven iets te zeggen.
‘Een talent? Een vloek eerder.’
‘Hoe zo dan?’ vraag ik voorzichtig.
‘Hoe het precies gebeurt, weet ik nog steeds niet, maar als ik stress heb, of bang ben, wordt ik onzichtbaar of verdwijnt het licht.’
Mug laat niets merken van zijn normale scepsis en cynisme. Hij heeft er ook geen reden toe. Hij heeft haar zelf op haar allereerste dag ‘Schaduw’ gedoopt en ook hij kent de verhalen over onze confrontatie met Wilma en Betty.
‘De eerste keer dat het gebeurde, had ik het niet eens in de gaten, en voor ik het wist was ik mijn broertje en mijn vader kwijt. Nooit meer teruggevonden.’

Ik probeer de enorme brok, die plotseling in mijn keel blijft steken, met weinig succes weg te slikken. Ik schaam me opeens heel diep. Ik schaam omdat ik zelfs na anderhalve maand nog niets over haar weet. Ik heb geen enkele interesse getoond.
‘Je moet weten,’ gaat ze verder, ‘dat we zelfs in de officiële vluchtelingenkampen op de meest wrede manieren uitgeperst en beroofd werden door verschillende bendes. Recht onder de neus van de westerse kampleiding. Toen ben ik begonnen mijn vloek te trainen, om mezelf meer kans te geven.’

Mug ziet opvallende bleek en Padje beweegt helemaal niet meer.
‘Als ik heel bang ben kan ik het nog steeds niet tegenhouden, maar ik kan het wel steeds vaker bewust oproepen als ik het nodig heb. Net als laatst met die twee meisjes. Weet je nog Daan?’
Ze kijkt snel even naar mij. Op één of andere manier ontroert het me dat ze die twee holbewoonsters nog steeds meisjes blijft noemen, maar voor ik wat kan zeggen, vindt Mug zijn tong terug.
‘En… en… Dat vertel je ons nu pas? Dat is… dat is… Geweeeeelllllldiggggggg! Fantastisssssch. Je kan het bewust gebruiken?’
Schaduw haalt haar schouders op. ‘Wat mij betreft komt niemand erachter. Het is al lastig genoeg om het enige donkere meisje te zijn op deze witte school.’

De brok in mijn keel is nu tot een pijnlijk formaat aangegroeid. Ik heb er nog nooit bij stil gestaan maar ik snap opeens precies wat ze bedoelt. Als je niet wilt opvallen, dan is een andere huidskleur lastiger dan die paar krantenartikeltjes en tiktok memes waar ik last van heb.
‘En Charles’ talent is wel duidelijk lijkt me,’ zeg ik snel.
‘Elektriciteit,’ vult hij triomfantelijk aan en hij grijnst daarbij van oor tot oor. ‘Al mijn hele leven.’
‘Ja dat geloof ik, je moet jou niet te veel aanraken als je boos bent.’

Opeens wendt hij zijn ogen af en ziet hij er even niet meer zo triomfantelijk uit, maar hij herpakt zich snel en draait naar mij.
‘En jij?’ Mijn hoofd zakt omlaag en ik begin opzichtig de tegels voor mijn voeten te bestuderen. ‘Kom op Zwavelkop. Alsof we het niet door hebben.’
‘Hou je snater Mug. Je weet niets!’
‘Kijk me dan aan als je het ontkent.’
‘Ik hoef je helemaal niet aan te kijken. Ik hoef niets te ontkennen. Er is niets te ontkennen. Ik wil niet dat het er is. Ik bedoel…’
Ik kijk snel op om te zien of ze mijn verspreking hebben gehoord. Ik kijk in drie paar lachende gezichten. Padje lacht altijd, dat telt niet, maar de lach van Mug en Schaduw is veelzeggend. Schaduw vol begrip (getver) en Mug triomfantelijk (dubbel getver).
‘Wat nou?! Laat me met rust.’ 

Opeens ruik ik iets. Ik kijk snel naar het tafelblad waar ik mijn hand bijna doorheen geperst heb. Er kringelt rook onderuit. Snel haal ik hem omhoog. ’Shit.’
‘Shit?’ zegt Mug triomfantelijk. ‘Ik wist het wel! Die boerderij? Zo cool!’ Ik kijk alleen maar naar mijn zwartgeblakerde handafdruk in het tafelblad. Schaduw kijkt er niet eens naar. Schaduw kijkt naar Mug.
‘Zou iedereen hier op school een talent hebben?’
‘Nee,’ antwoord ik snel. ‘Daar was de conrector heel duidelijk over. Het is maar een kleine groep. Verder is het gewoon een strenge school.’

Padje lijkt ondertussen weer tot leven te zijn gekomen.
‘Nou… ik… heb… geen… idee… waar… ze… het… over… heeft… hoor… ik… heb… nooit… iets… gemerkt…’
Als één man draaien we ons hoofd naar het glas dat hij tien minuten geleden van de tafel stootte en dat nog steeds de grond niet heeft bereikt. Het hangt nog vijf centimeter boven de grond wanneer hij zich traag vooroverbuigt om het uit de lucht te plukken en weer op tafel te zetten. Mug, Schaduw en ik kijken elkaar met grote ogen aan en barsten dan in lachen uit.

EXPERIMENT

24 / De vier losers op avontuur